Vertigo
Nadat de dag bewolkt is begonnen klaart het in de loop van de middag op. Ik zie uit naar weer een mooie bolhoopjacht en als ik rond zeven uur onderweg naar huis ben word ik dan ook niet zo blij als er opnieuw bewolking komt opzetten. Aan de andere kant heb ik wel vertrouwen in de straffe oostenwind, en sinds kort ga ik liever uit van mijn eigen boerenverstand dan van de weersites die elkaar meestal tegenspreken. Daarbij komt dat de beslissing Go/No Go toch gebaseerd is op gebrekkige informatie. De afgelopen keren werd ik bijkans draaierig van het bekijken van de weersites, de lucht en satellietbeelden, en het dilemma zullen we wel of zullen we niet. Daarom voor mij geen duizelingen meer dus wanneer Oetie de zaak in de groep voorlegt met de vraag hoe de anderen er tegenaan kijken is mijn antwoord kort en bondig: Go. Eenmaal thuis trekt de bewolking weer mooi weg en tegen negenen is het in Leiden vrijwel geheel onbewolkt. Na wederom overleg met Oetie en Janbstar besluiten we tot een definitief groen licht en kan de mobilisatie in gang worden gezet. Omdat het toch pas na twaalven donker wordt heb ik daar alle tijd voor en even later is de voiture weer bewapend met kanon en munitie. Mijn betere helft wenst me veel plezier deze avond en na haar en mijn vier bolhopen alvast welterusten te hebben gekust kies ik het ruime asfalt.Tijdens de voorspoedige rit mis ik deze keer nu eens geen afslag. Voortschrijdend inzicht zullen we maar zeggen. Of zou het door de Go/Nogo-duizeligheid zijn gekomen de vorige keren?
Voor ik het weet zit ik al een eind boven Amsterdam en in het noordwesten zit een band bewolking die steeds dichterbij komt. Wat ik erger vind is dat de heldere lucht rechts in het oosten, boven het IJsselmeer, aan het veranderen is in een wolkenpakket. Inmiddels zit ik onder de wolkenband, die gescheiden wordt van de vormende bewolking ten zuidoosten daarvan, door maar een smalle strook heldere lucht. Ter hoogte van Wieringerwerf wordt het me echt zwaar te moede en begin ik me toch wel wat ongemakkelijk te voelen over mijn enthousiaste Go van eerder die avond. De vorige keer op de Knardijk was het voor Oetie ook al zo’n deceptie dus ik zou het wel sneu vinden als zij en Jan nu voor niets helemaal naar Breezanddijk rijden. Aan de andere kant ben ik ook wel eens te snel afgehaakt. Hmm, het blijft toch een deksels dilemma. En ik maar denken dat Go een strategisch spel is, blijkt het gewoon een gokspel te zijn.
Dan bedenk ik hoe het voor de generaals Bernard Montgomery en Dwight D. Eisenhower geweest moet zijn aan de vooravond van de invasie in Normandië. Voor de landing hadden ook zij een beperkte window of opportunity, waarbij in hun geval juist een volle maan nodig was voor de piloten van jachtbommenwerpers en hoog tij voor de landingsvaartuigen. De invasie ging op 5 juni al niet door vanwege slechte weersomstandigheden en de enige kans was nu nog de 6e, want anders moest er weer twee weken gewacht worden. Daarbij waren de troepen al ingescheept en een terugtrekking zou betekenen dat de Duitsers lucht konden krijgen van de plannen. Daarom besloten Montgomery en Eisenhower ondanks de twijfelachtige weersvoorspellingen tot een Go op 6 juni.
Tsja, daarmee vallen mijn twijfels mooi te relativeren, bij hun stond er wel meer op het spel.Met gemengde gevoelens rij ik de Afsluitdijk op en arriveer even later op onze waarneemplek. Nog geen minuut later komt Janbstar aanrijden en gelukkig bespeur ik bij hem geen twijfel over onze keuze. In het noordwesten staan Jupiter en Venus gebroederlijk naast elkaar te stralen dus dat geeft in elk geval hoop.
Vanwege de noordoostenwind besluiten we naast de basalthoop aan de noordkant te gaan staan achter onze strategisch geparkeerde auto’s. Nadat we onze optiek hebben uitgeladen loop ik even het talud aan de noordkant op om een foto van het avondrood boven de Waddenzee met Jupiter en Venus te nemen. Even later zijn Jan en ik getuige van een felle ISS-overgang. Niet veel later komt auto nummer drie de dijk af rijden en brengt versterking in de vorm van Oetie. Ook bij haar bespeur ik geen twijfel over onze Go, en gelukkig lijkt er vanuit het noordoosten verbetering aan te komen.
In het zuiden ziet het er nog niet al te best uit. Af en toe licht Saturnus of Antares op tussen de wolken, maar of de heldere strook onder de bewolking echt helder is, valt te bezien. Ik heb er een hard hoofd in. Wanneer Saturnus iets langer onbedekt is grijp ik mijn kans. Het beeld is echter niet je dat dus de transparantie, of seeing, of de combinatie van beide zal niet optimaal zijn. Daarom luidt het devies nu afwachten en kijken wat de noordoostenwind ons gaat brengen.
Na enige tijd dient Antares zich weer aan en ook enige sterren aan de zuidrand van Ophiuchus laten zich zien. Tijd dus om de jacht op mijn cliffhanger van de vorige keer te openen: M62. Ook Oetie richt haar pijlen op deze bolhoop want zij wil hem graag nog eens bekijken.
Er volgt nu een soort kat-en-muisspel met de bewolking. Nadat ik mijn derrière op een basaltblok heb geparkeerd om laag naast de horizontaal liggende Dob te zitten, mik ik de zoeker op goed geluk onder Sabik. Tot mijn vreugde tref ik al snel de omgekeerde vlieger ξ-o-θ-b-Oph aan in het grootvizier. Vanuit 36 Oph daar rechtsonder schakel ik over op het 24 mm-oculair en begin aan de starhop naar M19, die ik nog vers in het geheugen heb van de vorige keer Knardijk. Dat valt mee, M19 heb ik vrij snel te pakken.
Aangemoedigd door deze meevaller vervolg ik mijn weg vanuit de bolhoop, die ik die dag nog eens op Stellarium heb geoefend. De starhop levert dus geen problemen op. De bewolking helaas wel. Deze keer is het niet M19-ster-ster-ster-dubbelster-boomtop zoals op de Knardijk. En ook niet M19-ster-ster-ster-dubbelster-kantoorflat of M19-ster-ster-ster-dubbelster-hijskraan, zoals in Leiden. Nu is het M19-ster-ster-ster-dubbelster-niks. Hoewel? Heel even denk ik een heeele vage zweem te zien onder die dubbelster. Zou het kunnen, was het hem? Maar nee, ik moet streng zijn. Misschien gezien is niet gezien. Potsantapientje, het zal toch niet zo zijn dat ik die zuidpluis nu voor de derde keer net niet te pakken krijg?
Hoe meer ik me verlies in dit soort jachtpartijen, hoe meer lol ik er in krijg, ondanks de frustratie als je een object net niet te pakken krijgt. Behalve het genieten van mooie objecten is het spel van starhopping iets wat ik niet zou willen missen. En zelfs al lukt het niet om het beoogde object te vinden, wat mij betreft begint de vakantie al met de reis. Net als bij die quasar, 3C273, in April op de Knardijk. Dat ding op zich ziet er uit als een onbeduidende achtergrondster maar de starhop was een lekkere kluif om in te bijten. Op zo’n avond gaat het meer om het spel dan om de knikkers.
Inmiddels is Oetie ook ingespannen aan het jagen op M62, terwijl Jan een heuse berenjacht is begonnen. Het gesprek is verstomd, hier heerst opperste concentratie. Het enige geluid in deze serene rust is het kabbelende water in de luwte van de pier en de branding van de Waddenzee op de achtergrond.
Dan meldt Jan succes. Ondanks de grijze nacht presteert de scherpschutter het om met zijn 20 cm Newton M108 en M109 in beeld te krijgen. Bij dat laatste stelsel werp ik een blik door Jan’s oculair en het galaxy staat mooi in beeld. Weliswaar niet zo duidelijk als bij een goede donkere hemel, maar hij staat er. Een knappe prestatie van de equatoriaalkanonnier. Je kunt er van denken wat je wilt, galaxies waarnemen bij grijze nachten, maar ik vind het stijlvol. Zeker als het nog lukt ook.
Terwijl ik de zuidelijke horizon weer onderzoek zie ik dat Aquila mooi zichtbaar is. Ik besluit dan ook om even een shot eye candy tot mij te nemen in de vorm van M11. De eendenzwerm is al in de zoeker duidelijk te zien maar op 156x en zeker op 312x is het weer een schitterend pak flinterdunne sterren.Een zwerm, een wolk, of allebei tegelijk, de Wild Duck doet mij eigenlijk denken aan een verwaaide bolhoop. Ongegeneerd geniet ik even van dit uitzicht.
Lager aan de horizon begint Antares weer zichtbaar te worden dus ik ga het weer proberen met M62. Onderweg mik ik nog even op M4 die nu vaag maar onmiskenbaar in het oculair figureert.
M19 is snel weer gevonden en met frisse moed neem ik opnieuw de afslag Ophiuchus-Zuid. Het zicht is nu goed. M19-ster-ster-ster-dubbelster-… en ik mag een atmosferische dispersieboon zijn als dat geen M62 is. I know a glob when I see one. Heel voorzichtig wissel ik oculairs voor een hogere vergroting. Foetsie. Nerts. Widefield-oculair terug, niks. Wolken. Hmm, terug naar M19. M19-ster….niks. Maar mooi dat ik hem gezien heb.
Even later probeer ik het weer, en wel heb je ooit, de weg is weer vrij. Al snel staat M62 weer midden in beeld met rechtsonder zijn flankerende dubbelster. Oculairwissel, foetsie. Maar bij de derde poging gaat het wel goed en daar staat de zuidpluis met vermijdingsdrang dan toch te schitteren op 156x. Nou ja, schitteren, oplossen wil ie niet. Maar wel is de vorm mooi zichtbaar. Mission complete, de gelukkige ontknoping van een drama in drie bedrijven.
Ondertussen blijkt Oetie al die tijd op haar knieën voor de horizontaal liggende Lightbridge te hebben gezeten. Dat is niet voor niets geweest want gezien de opgeklaarde horizon hebben haar gebeden effect gehad. Waarnemen gaat echter beter bij een wat comfortabeler zithouding en hier bewijzen de alom tegenwoordige basaltblokken opnieuw hun nut. Weldra prijkt M62 ook bij de maestra in het oculair.
Inmiddels is het alweer na enen en de Theepot van Sagittarius zou te zien moeten zijn. Vanwege de lage stand en de lichte horizon heb ik echter moeite om het asterisme te vinden. Met de laserpen wijst Dr. Oetie de theelepel aan. Die naam kende ik nog niet maar dat blijkt het asterisme linksboven de theepot te zijn. Kijk, weer wat geleerd. Ik ben benieuwd wat voor theegerelateerde asterismes de boogschutter dan nog meer kent. De theekop, theezak, theemuts, theestuk, theesplitsing? Ik mik de theelescoop op wat Kaus Media zou moeten zijn, en dat blijkt te kloppen. Want, ik ga proberen om alvast de nog listiger zuidpluizen M69, M70, M54 en M55 te vinden. Om kort te gaan, dat lukt niet. Die staan nog echt te laag boven de lichte horizon. Maar dat is niet erg, want dan kan ik wel alvast de starhop oefenen, van Kaus Media via de wybert daar linksonder zigzag naar M69. En dan met een welgemikte zwiep via M70 door naar M54. In Frankrijk hoop ik ze ook daadwerkelijk te zien want daar staat de horizon mooi 8 graden lager.
Zoals altijd vliegt ook nu de tijd als je lol hebt want het is al na tweeën. Oetie begint af te breken en even later besluiten ook Jan en ik om er een punt achter te zetten. Voor echt goed deepsky-werk is de hemel nu toch echt te licht en we hebben toch maar mooi een bescheiden maar kostbare set resultaten geboekt. Het was de rit wat mij betreft zeker waard. Toch gewonnen met Go.
Op de terugweg laat de halve maan zich zo nu en dan zien, soms achter een kleine sliert bewolking die de buurvrouw een wat mysterieus aanzien geeft. Na een vlotte rit arriveer ik op een fatsoenlijke tijd op mijn logeeradres. Het is nota bene nog voor vieren. Kan ik zomaar drie hele uren slapen.
Opgelucht dat onze Go niet tevergeefs was en voldaan met de vangst is het goed toeven in bed.
Uitzicht vanaf de Afsluitdijk naar het westen, met linksboven Jupiter en Venus.