De Verwondering
Men kent het wel, dat wat men ziet niet is wat men denkt.
Maar daarover later meer. Laten we bij het begin beginnen.
An unexpected party
Op een gegeven moment durf je het niet meer te geloven. Na afgelopen winter en vroege voorjaar heeft de scepsis toegeslagen over weersvoorspellingen. Bij mij wel tenminste. Daarom ben ik er deze keer niet heel snel bij om een buitenspeeltopic te openen, Daarbij is de verwachting voor die zaterdag nu ook weer niet heel denderend maar tot mijn verbazing zijn de heren ArnoM en Janbstar behoorlijk enthousiast nadat ik het topic die zaterdagochtend dan toch maar enigszins schoorvoetend heb aangemaakt.
Nu trekt het weer zich helemaal geen moer aan van het feit of ik al dan niet geloof dat het goed komt, dus mijn scepsis ten spijt trekt het die avond mooi open. Jan meldt dat hij de auto al ingeladen en wel heeft, dus ga ik ook met gezwinde spoed aan het grabben voor de go. Geladen met optiek en een verse plens diesel gaat de reis noordwaarts. Twaalfhonderddertig hectometerpalen verderop vind ik de auto van janbstar en zijn ruiter naast de noordelijke hoop basaltblokken in Breezanddijk. Snel klim ik de dijk op om een foto te nemen van de Waddenzee en de noordwestelijke hemel daarboven. Die kant kijk ik namelijk meestal niet op tijdens het waarnemen en aangezien het daar toch ook helder is vind ik het niet beleefd om deze te negeren. Daarom dus een mooie avondroodfoto van de heldere noordwestelijke hemel boven de Waddenzee.
Breezanddijk, zaterdagavond 30 april 2016
Tijdens het opbouwen arriveert ook ArnoM. Even later staat de artillerie opgesteld en is het tijd voor koffie en koek van laatstgenoemde. Het wachten is op de duisternis, en terwijl Betelgeuse en Aldebaran in de Waddenzee neerdalen worden we als prelude op wat komen gaat alvast getrakteerd op een heldere meteoor laag in het zuidoosten.
Zodra het donker genoeg is wordt de jacht geopend. De buren gaan op jacht in het Virgocluster, terwijl ik mijn zinnen zet op een object dat mij vorig jaar is ontglipt: NGC3242, the Ghost of Jupiter. Toen ik het eerder die week opzocht in Stellarium was ik bang dat ik deze keer weer te laat zou zijn maar gelukkig valt dat mee. Het object blijkt nog hoog genoeg boven de lichtkoepel van West-Friesland te staan en na een eenvoudige starhop geeft de waterslang een mooie groenige bol prijs. Al bij lage vergroting is al duidelijk een kleine schijf te zien tussen de sterpunten, Bij 156x keer is hij al een stuk duidelijker maar ik denk, doe eens gek, en ik smijt de 2.25x Barlow eroverheen. Hatskaflatska, met drie honderd en vijftig keer wil die bal wel zichtbaar wezen. De planetaire nevel lijkt een lichte golfbalstructuur te vertonen, enigszins mottled. Tenminste, dat denk ik in het oculair te zien, en nu heb ik tenminste een keer het woord “mottled” kunnen gebruiken, dus nu lijkt het net echt. Op online foto’s zie ik die gevlekte structuur niet terug. Dus waarschijnlijk was mijn oculair mottled. Of mijn contactlenzen. Of mijn fantasie. Maar dat neemt niet weg dat het een leuk object is, en dat ik nu the Ghost of Jupiter heb gezien.
Zo. Dans le poquet. En nu even chillen.
Awestruck
Ondertussen is het goed donker. Bij Jan mag ik een blik werpen op enkele galaxies, waaronder de mooie langwerpige naald M98. Jan’s nieuwe C9.25 laat prachtige beelden zien. Mooie kijker. Terwijl ik geniet van het galactische tafereel klinkt op de achtergrond het lieflijke slewgeluid van Arno’s Goto, die PEC aan het trainen is. Knap werk, ik begrijp net zo weinig van Goto als van voetbal, maar natuurlijk geweldig, zeker als je er ook mee fotografeert.
In plaats van voort te snellen naar het volgende deepsky-object, besluit ik eens rustig om me heen te kijken en de sterrenbeelden in mij op te nemen. Laag in het noordwesten zet Auriga de landing in, gevolgd door Gemini, die in zijn kielzog een duidelijke M44 meeneemt. In het noorden, boven de basaltdijk ligt Perseus op zijn kant, geflankeerd door Cassiopeia. Het dubbele cluster is duidelijk zichtbaar. Ver boven me naar het zuiden, fonkelen de juwelen op het diadeem van Berenice. Melotte 111 steelt de show. Alledrie de objecten toveren een kunstwerk in mijn verrekijker en even later in de zoeker van mijn Dob. M44 mag nog even stralen in het widefieldoculair, waar de subtiele kleurschakeringen van de heldere sterren in het centrum van het cluster mooi uitkomen.
Dan valt mijn oog op een heldere ster in het noordoosten, die ik even niet kan plaatsen. Capella? Nee, die staat juist in het noordwesten. Hmm, ik ben even gedesoriënteerd. Gelukkig helpt Arno me weer op weg. Vega? Ja inderdaad, het is al mei, de zomer komt eraan. En daarachter aan de horizon begint de zwaan ook al haar vleugels uit te slaan. Sterker nog, hoe verder de avond vordert, hoe duidelijker de Melkweg ook zichtbaar wordt, Van Perseus tot voorbij Cygnus, met een duidelijke donkere band ten zuiden van Deneb-Alibireo, naar de opkomende Aquila. Winter- en zomermelkweg tegelijkertijd, het is een bijzonder gezicht. Je zou er bijna lyrisch van worden, want Lyra is inderdaad ook duidelijk te zien onder Vega.
Bolhoop in galaxytijd
Zo. Genoeg gezwijmeld. Werk aan de winkel. Nu heeft een zekere onverlaat NGC4147 aangedragen als Object van de Maand. Ja hoor, het is galaxytijd, en waar komt die mafketel mee? Juist, een bolhoop. Nou ja, dan gaan we die maar braaf opzoeken. PSA erbij, en allez, daar staat een rode vlek naast. Gaan ik die eerst eens opzoeken nu ik toch in de buurt ben. De starhop vanuit Denebola legt een vrij hoge druk op mijn schokdempers met zo weinig omgevingssterren in de PSA maar de Deep Sky Hunter-atlas biedt hier soelaas. Niet veel later staat het stelsel in beeld. Lekker toch een galaxy. Puh.
Een mooi langwerpig stelsel met een heldere kern lijkt als draaideur te fungeren tussen twee zwakke veldsterren, als ingang van een trapeziumvormige concertzaal.
De Bolhoop van de Maand is daarvandaan snel gevonden, en ik besluit de vergroting weer eens lekker op te krikken. Dat maakt de schets namelijk lekker makkelijk. NGC4147 heeft een vrij heldere kern maar de rest van de bolhoop is goed te zien. Detail kan ik er niet in ontwaren maar dat mag de pret niet drukken.
You ain’t seen it till you’ve seen it twice
Meisjes zijn stom. Dat dacht ik vorig jaar april toen twee meisjes triomfantelijk verslag deden van hun complete Messierlijst. Nou ja, heel even dacht ik dat maar, totdat het verstand na enkele milliseconden ingreep en concludeerde dat die meisjes dus gewoon goed hun best hadden gedaan. Net zoals vroeger op de lagere school, waar de meisjes altijd keurig hun huiswerk op orde hadden terwijl ik weer eens de helft was vergeten. Goed. En daarom zijn meisjes dus stom.
Toen vervolgens een heer met hetzelfde triomfantelijke verhaal kwam was voor mij de maat vol. Ik zal hem, ik wil ook een volle zak M&Ms. Nu had ik helemaal niks te mopperen, want tijdens de laatste starparty op de Knardijk had ik tijdens het Virgoclusteren even achttien verse Messiers door mijn oculair gerost. Maar M61 was ik dus wel vergeten, net zo als het aardijkskundehuiswerk in groep 8.
En zo geschiedde het in die dagen, bijna precies een jaar geleden, dat deze jongen zijn Dob op M61 mikte maar ook op twee zuidelijke Messiers die misschien wel helemaal niet gingen lukken. Groot was dan ook de euforie toen M68 en lo and behold, M83 waren gelukt. Maar op één been kun je niet staan dus ik besluit het kuitenbijterduo een tweede keer met een bezaoek te vereren.
Corvus de raaf staat prominent helder te wezen laag aan de zuidelijke hemel, en de twee linkersterren van het trapeziumvormige sterrenbeeld wijzen keurig naar M68. En ja hoor, ik heb het vorig jaar niet gedroomd. Een duidelijk vlek zonder geprononceerde kern is te zien als vuurbal aan een Bengaalse vuurwerkparachute van veldsterren.
Dan gaat de reis verder naar het zuiden, waar de lichte hemelachtergrond de zwakkere veldsterren in de zoeker aan het zicht onttrekt. Na een hobbelige afrit vanaf γ Hydrae bereik ik na enig zoekwerk dan toch de plek waar the Southern Pinwheel aka Seashell Galaxy moet staan. En onmiskenbaar staat de bekende mini-gordel-van-Orion van vorig jaar weer in beeld, met ten noorden daarvan een heldere ster-met-halo. Hebbes, het driesterrengalaxy is goed te zien. Moet ik toch eens heen met mijn vrouw, het is ongetwijfeld goed tafelen daar.
Centaurusdeceptie
Nadat ik bij Arno heb genoten van Markarian’s Chain, vraagt deze zich hardop af wat die heldere ster is die net boven de dijk staat in het verre zuiden. Net nu ik bij M83 ben geweest herinner ik me dat ik die keer vorig jaar daarna nog even verder ben afgezakt om puur for the fun of it nog even wat dubbelsterren in Centaurus mee te pakken. Gewoon, uit exotiek, omdat het Centaurus is. Toen ik hiervan verslag deed, vroeg iemand zich in een reactie af of de ster Menkent (θ Centauri) misschien net zichtbaar zou zijn, laag aan de horizon. Dus ik denk meteen aan Menkent en pak de PSA erbij. De positie klopt precies, en ik begin enthousiast te worden. Voor de zekerheid besluit ik het omliggende asterisme te checken met de Dob, om te bevestigen dat het inderdaad Menkent is. Door de zoeker valt me een vreemd wolkenpatroon op om de ster heen. Dan, terwijl ik door het oculair kijk, begint het me te dagen. Het “wolkenpatroon” blijkt de bovenkant van een hijskraan te zijn, die aan de andere kant van de dijk blijkbaar op een schip ligt of zoiets. En “Menkent” blijkt een groene controlelamp te zijn in de cabine. Proest, ik zit dus te kijken naar iets op een paar honderd meter, in plaats van 58.8 lichtjaar. Toch grappig om te zien hoe het licht van zo’n schijnbare puntbron wittig is terwijl de LED in het oculair duidelijk groen van kleur is.
Enfin, na deze anticlimax maar weer een serieus object in beeld zetten, de vorig jaar vergeten M61. Na enig zoeken vanaf Zaniah verschijnt een ruwe bolster in beeld met een blanke pit. Detail? Ho maar. Galaxies zijn stom.
Daar denkt Arno duidelijk anders over want de PEC-trainer heeft wat te vieren. M101 is binnen, na enkele vruchteloze pogingen in de achtertuin. Proficiat!
Globular warming
Wat mij betreft is met de naderende zomer het bolhoopseizoen begonnen. Ditmaal heb ik het genoegen kennis te maken met een exemplaar aan het linkerbeen van de Schone Slaapster. Met wederom een puissante vergroting prijkt het bolcluster met heldere kern mooi tussen drie heldere voorgrondsterren. Ook hier is echter geen detail te zien.
Dat is wel even andere koffie bij het tweede object van de maand dat vannacht de revue passeert. Het is heel even zoeken naar M5 in het hoofdeinde van Serpens maar wanneer de bolhoop in mijn 8 mm-oculair verschijnt ben ik onder de indruk. Niet eerder heb ik deze bolhoop zo mooi gezien. Opgelost tot in de kern, dit cluster heeft echt een hoge wow-factor. Opschroeven van de vergroting levert een beeldvullende explosieve vonkenregen op… totdat voorbijtrekkende bewolking een einde maakt aan het feest. Dit cluster kan voorlopig op terugkerend bezoek rekenen, dat is zeker.
Aan een schets waag ik me in dit geval niet want M5 laat gewoon teveel detail zien. Dit object gaat me boven de macht.
Inmiddels loopt het tegen drieën en Jan houdt het voor gezien. Zelf wil ik graag afsluiten met bolhoop NGC6144 naast Antares en ook Arno gaat nog even door. Het wachten is op een helder moment dat Antares uit de bewolking tevoorschijn komt. En na een minuut of tien is het zover. Tijdens het zoeken schuift af en toe M4 in beeld, maar de Deep Sky Hunter moet eraan te pas komen om zijn kleine broer te lokaliseren. Maar dan is het raak, een vage gloed laat zich perifeer zien. Helaas is zelfs de Deep Sky Hunter niet gedetailleerd genoeg om te kunnen bevestigen dat het inderdaad om NGC6144 gaat, dus die bevestiging vind ik later thuis op basis van foto’s. Check, check, double check, hebbes. Bij 156x vergroting is het beeldveld klein genoeg om geen last te hebben van Antares, terwijl het widefieldoculair natuurlijk handig is voor de starhop. Daar past de hele starhop vanuit Antares mooi in.
Moe maar voldaan mik ik nog even op Mars en Saturnus, die beiden een beeld geven als een oude TV, aangesloten op een dakantenne tijdens een onweersbui. Goed, vanavond was een geslaagde deepskysessie.
Na afscheid te hebben genomen van Arno gaat de reis terug naar de Randstad. Tussen Wieringerwerf en Medemblik verschijnt in mijn linkerooghoek een heldere meteoor, opnieuw laag in het zuidoosten. Arno, die een stuk voor me rijdt, blijkt deze ook te hebben gezien. The icing on the cake van een erg geslaagde avond.